Over de Latijnse taal en haar betekenis voor de cultuur en geschiedenis van Europa. Vertaald door Harm en Akke Pinkster
In het antieke Rome was het Latijn een gesproken en geschreven taal. Als geschreven taal bleef het Latijn in gebruik tot lang na de val van het Romeinse Rijk. Gaandeweg verdween het Latijn als moedertaal en werd in die functie opgevolgd door zijn Romaanse dochtertalen. Als internationale taal en taal van de wetenschap bloeide het Latijn tot voor een paar eeuwen in heel Europa.
In dit boek wordt een beeld geschetst van het Latijn en de manier waarop het functioneerde in de Romeinse en Europese samenleving. Er is onder meer aandacht voor uitspraak, veel gebruikte woorden, vervoegingen en bekende gezegdes en uitspraken als 'veni, vidi, vici'. Voorkennis van het Latijn is niet nodig. Voor diegenen die zich verder willen verdiepen in de taal is er een appendix met een overzicht van de Latijnse grammatica.
Het boek is bestemd voor mensen met een algemene culturele belangstelling die nooit kennis hebben gemaakt met het Latijn of hun kennis op willen halen en deze kunnen plaatsen in een ruimer cultuurhistorisch kader.