Jacob Israël de Haan in het Palestijnse labyrint, 1919-1924
Titel
Jacob Israël de Haan in het Palestijnse labyrint, 1919-1924
Prijs
€ 34,99
ISBN
9789048563845
Uitvoering
eBook PDF (Adobe DRM)
Aantal pagina's
360
Taal
Nederlands
Publicatiedatum
Afmetingen
15.6 x 23.4 cm
Ook beschikbaar als
Hardback - € 39,99

Recensies en Artikelen

‘Grote, actuele thema’s komen in dit goed gefundeerde boek bij elkaar: seksuele emancipatie, religie en seculariteit, mensenrechten, de relatie tussen joden en Arabieren en de impact van het zionisme op de Palestijnse samenleving.’
– Bart Wallet, Hoogleraar Joodse studies: Vroegmoderne Joodse geschiedenis aan de universiteit van Amsterdam

Ludy Giebels

Jacob Israël de Haan in het Palestijnse labyrint, 1919-1924

Jacob Israël de Haan was romanschrijver, dichter en jurist. In Nederland was hij bekend als schrijver van Pijpelijntjes (1904), een roman waarin openlijk homoseksualiteit werd beschreven. Hij bekeerde zich tot het zionisme en emigreerde in 1919 naar Palestina als correspondent voor het Algemeen Handelsblad. Zijn feuilletons schetsen een levendig beeld van de politieke situatie en het leven van alledag in het nieuwe Joods Nationaal Tehuis, dat zich dankzij de Balfour Declaratie in Palestina ontwikkelde.

In Jeruzalem sloot hij zich echter al snel aan bij de anti- zionistische ultraorthodoxe gemeenschap van rabbijn Chaim Sonnenfeld en bij de Agoedat Israël, de internationale organisatie van orthodoxe Joden. Hij werd hun juridisch adviseur en politiek woordvoerder in hun conflict met de zionistische organisatie. De Haan leverde onder andere kritiek op deze organisatie omdat zij bij de verwezenlijking van het Joods Nationaal Tehuis te weinig rekening hield met de Palestijnse Arabieren, die negentig procent van de bevolking uitmaakten. In juni 1924 werd hij door een zionistische commando vermoord.
Noot: om dit e-boek te openen heeft u Adobe Digital Editions nodig
Auteur

Ludy Giebels

Ludy Giebels is historica en promoveerde op Geschiedenis van de zionistische beweging in Nederland 1899-1941 (1975). Zij was achtereenvolgens docent geschiedenis en archivaris bij het Hoogheemraadschap van Rijnland. In de laatste hoedanigheid publiceerde zij over waterstaatkundige geschiedenis.