‘De Nederlanders in het openbaar de les te lezen, maakt ze waarschijnlijk nog koppiger in plaats van minder koppig. En ze zijn al koppig genoeg’, schreef een Britse diplomaat in juli 1947.
Hoe keken de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk in de periode 1945-1949 aan tegen de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog? Toonden zij begrip voor het Nederlandse politieke en militaire beleid of eerder voor het Indonesische standpunt, en op welke manieren probeerden zij de partijen te beïnvloeden? Waar haalden de Nederlanders hun militaire materieel voor het voeren van de oorlog in Indonesië vandaan?
In Diplomatie en geweld laten de auteurs zien hoe andere landen en de kort daarvoor opgerichte Verenigde Naties betrokken waren bij het Nederlands-Indonesische conflict en het verloop en de uitkomst daarvan mede hebben bepaald. Hierbij richten zij zich niet alleen op de politieke en diplomatieke aspecten van de strijd, maar ook op buitenlandse visies op het gebruik van geweld door de Nederlandse krijgsmacht.